Toekomstvoorzieningen
De staatssecretaris van Financiën heeft een besluit over overbruggings- en prepensioenen, nabestaandenoverbruggingspensioenen en overbruggingslijfrenten geactualiseerd. Op 13 december 2019 was dit besluit al eerder geactualiseerd. Maar daarbij is per abuis de opgenomen goedkeuring ten aanzien van de uitkeringsperiode van de overbruggingslijfrente beperkt tot uiterlijk de AOW-leeftijd. In het geactualiseerde besluit is nu opgenomen dat een verlenging van de uitkeringsperiode mogelijk is tot het latere moment waarop een uitkering op grond van een pensioenregeling ingaat. Verder is een in de praktijk bestaande onduidelijkheid over het uiterste moment waarop de uitkeringen uit een regeling voor overbruggings- of prepensioen in kunnen gaan verduidelijkt. Het uiterste moment waarop de uitkeringen uit een regeling voor overbruggings- of prepensioen in kunnen gaan is het bereiken van de AOW-leeftijd.
De staatssecretaris van Financiën heeft de groep toegelaten buitenlandse aanbieders van pensioenen en lijfrenten geactualiseerd. Voor het eerst zijn er ook buitenlandse aanbieders van lijfrenterekeningen en lijfrentebeleggingsrechten aangewezen. Toegelaten buitenlandse aanbieders zijn buitenlandse ondernemingen of instellingen die bevoegd als bank, beleggingsonderneming of beheerder van een beleggingsinstelling of instelling voor collectieve belegging in effecten optreedt. Ook laat de staatssecretaris nu onder voorwaarden buitenlandse pensioenfondsen of (levens)verzekeringsbedrijven toe als aanbieders van arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. De lijfrenterekening, het lijfrentebeleggingsrecht of de arbeidsongeschiktheidsverzekering moet voldoen aan de al geldende wettelijke kaders.
Op 30 juni 2022 is het Beleidsbesluit rechtsherstel box 3 gepubliceerd. In dit besluit is opgenomen hoe de Belastingdienst rechtsherstel gaat bieden aan belastingplichtigen die tijdig in bezwaar zijn gegaan tegen de heffing van box 3 over de jaren 2017 tot en met 2020. Daarbij zal de fiscus een vergelijking maken tussen de betaalde box 3-heffing volgens de wettelijke methode en volgens de forfaitaire spaarvariant. Bij de forfaitaire spaarvariant past men forfaitaire rendementen toe die horen bij drie vermogenscategorieën: banktegoeden, schulden en overigen. De verdeling over deze vermogenscategorieën is niet forfaitair, maar volgt de werkelijkheid.
Tip!
De berekening van het box 3-inkomen volgens het besluit rechtsherstel werkt in principe ook door naar de berekening van een tegemoetkoming op grond van het besluit voorkoming dubbele belasting. Dat is geregeld in het Besluit rechtsherstel box 3, voorkoming dubbele belasting.